Skip to content
Word lid

Met het proces tegen de Staat probeerde de CLW te bewerkstelligen dat hulp bij zelfdoding uit het Wetboek van Strafrecht zou worden geschrapt. In december vorig jaar heeft de rechtbank deze eis afgewezen. Op de algemene ledenvergadering van 31 mei vertelt advocaat Tim Vis dat hij het vonnis zéér teleurstellend vond. Toch ziet hij in datzelfde vonnis een aantal overwegingen en primeurs die mogelijkheden bieden voor een hoger beroep.

Zo bevestigt de Haagse rechtbank, in tegenstelling tot de politiek, onomwonden het recht op zelfbeschikking over het eigen levenseinde en motiveert dat vanuit het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVMR). En dat was in Nederland nog niet gebeurd!
Zij stelt ook vast dat de Nederlandse euthanasiewet goed werkt, maar dat er toch mensen buiten de boot vallen, namelijk zij die niet medisch lijden en toch hulp willen kregen voor hun levenseinde.

De rechter erkent dus het probleem, maar biedt geen oplossing aldus Tim. Het EVMR vestigt een recht, maar verplicht de aangesloten landen niet tot het garanderen van dat recht. Je zou van de Nederlandse rechter meer durf mogen verwachten.
Verder stelde de rechtbank dat de overheid een balans tussen zelfbeschikkingsrecht en beschermwaardigheid van het leven mag aanbrengen en dat die balans in Nederland niet disproportioneel is. De overheid hoeft zich niet tot het uiterste in te spannen om burgers daadwerkelijk te laten genieten van het recht op zelfbeschikking. Volgens die zienswijze is het gewoon pech dat sommige mensen daardoor in de kou komen te staan.

Dit vinden Juristen als Tim onhoudbaar om drie belangrijke redenen:

1. In het Europees Verdrag staat dat genot van mensenrechten ‘practical and effective’ moet zijn. Een recht dat niet kan worden uitgeoefend is een ‘papieren recht’. Door het verbod op hulp bij zelfdoding is ons recht op zelfbeschikking is niet feitelijk te gebruiken.

2. Er mag dan volgens de rechtbank een proportionele balans zijn tussen zelfbeschikking en beschermwaardigheid, die balans is discriminatoir: de euthanasiewet discrimineert mensen die niet-medisch lijden ten opzichte van mensen die dat wel doen.

3. De rechter heeft niet de plicht, maar wel degelijk de vrijheid om de overheid aan te sporen om het zelfbeschikkingsrecht te regelen. Maar dat heeft de rechter niet gedaan. Het Europese Hof voor de Rechten van de Mens bewaakt de ondergrens van mensenrechtennormen, van wat lidstaten minimaal moeten doen. Het echte genot van mensenrechten en de realisering daarvan moet komen van de nationale rechters in de verschillende landen. *

Tim sluit af met de constatering dat dit op hoofdlijnen de argumenten zijn die in hoger beroep zullen worden aangevoerd. Hij heeft goede hoop dat het gerechtshof tot een ander oordeel zal komen.

Wilt u het betoog van Tm Vis zelf bekijken? De streaming van de afgelopen ALV ziet u hier.

Back To Top